Hoewel Rip Curl’s betrokkenheid bij competitief surfen halverwege de jaren zeventig duidelijk zichtbaar was, waren Warbrick en Singer vastbesloten dat het bedrijf de nieuwe, op geld gerichte sport niet moest omarmen en de wortels van het surfen niet mocht verwaarlozen.

Beide mannen waren vastbesloten aan de filosofie van “The Search”, de hoeksteen van soul surfing. Zelfs toen Rip Curl groeide, deden ze er alles aan om te voorkomen dat ze schreeuwend en spartelend uit de surf werden getrokken om het bedrijf te leiden. Ze hadden hun prioriteiten op orde, en zorgden ervoor dat Rip Curl dat ook had. Ze brachten veel tijd door in Bali, surfend op de pas ontdekte breaks van Uluwatu en Padang – in die tijd het voornaamste testlaboratorium voor uitrusting voor de wereldwijde soul surfing elite.


Zo onderstreepte Rip Curl zijn positie als het nummer één surf wetsuit bedrijf door sponsoring van enkele van de beste surfers ter wereld, terwijl het bedrijf ook betrokken bleef bij de wortels van het surfen door soul surfers te ondersteunen zoals Wayne Lynch, Michael Peterson, Cheyne Horan en Tom Curren.


Warbrick en Singer brachten ook veel tijd door met hun eigen “search”, waarbij ze expedities lanceerden naar weinig bekende eilandengroepen en afgelegen kusten, vaak met surfers aan de voorhoede. Tegen het einde van de jaren 70 was Rip Curl in alle opzichten het surfersbedrijf geworden.


Deze sterke identiteit met de sport deed echter geen afbreuk aan Rip Curl’s toewijding aan de technologie van zijn producten. Tegen 1977 produceerde het bedrijf wetsuits voor windsurfers, zeilers en waterskiërs evenals surfers. Elke divisie vereiste een andere technologische aanpak en een totaal andere marketingstrategie. Rip Curl ging deze uitdagingen aan hand in hand met zijn exportdrang en de uiteindelijke oprichting van Rip Curl International.In plaats van wetsuits in Australië te maken voor export - een kostbare en moeilijke onderneming op zich - zou Rip Curl zijn technologie, ontwerpen en ideeën verkopen. Het product zelf zou onder licentie worden gemaakt in het land waar het nodig was.


In 1981 richtte Rip Curl zijn eerste corporate Licensee op, Lowers, in Zuid-Californië, op loopafstand van zijn naamgenoot - een van Amerika’s beroemdste surf breaks. De formule was een succes en in 1985 begon een nieuw bedrijf genaamd Frogs Rip Curl producten te maken in Hossegor, aan een stuk van de Franse Atlantische kust dat bekend staat om zijn krachtige holle beach breaks.


Tegenwoordig maken en verkopen negen corporate Licensees Rip Curl producten in de VS, Frankrijk, Zuid-Afrika, Japan, Indonesië, Brazilië, Argentinië, Peru en Chili. Surfers in de meest afgelegen hoeken van de planeet zijn te zien met Rip Curl producten. Misschien hebben ze nog nooit van Torquay gehoord, misschien zelfs niet van Bells, maar ze delen de geest van The Search, en jagen de droom na die geen grenzen kent en geen vertaling nodig heeft.


Werken in de nabijheid van de beste surf heeft nog steeds net zoveel zin als toen Rip Curl “Born at Bells” was. Het betekent dat Rip Curl nooit het contact met zijn wortels kan verliezen... En 28 jaar later zijn de kantoren van Rip Curl over de hele wereld op sommige dagen nog steeds leeg. Die speciale dagen, wanneer het helder en koud is, er een frisse wind staat, niet te sterk, maar recht van het land komt. En een swell van zes voet – schoon en recht gemaakt door zijn lange tocht.Sommige dagen hoeft er maar één soort werk gedaan te worden...